Dutch Product Quizzes: Common Words in Dutch

These questions are based on material from the Dutch Title "Common Words in Dutch".

Grammar Exercise

Instructions: Select the correct choice in the drop down list.

Example: Natuurlijk zou ik nu liever mijn ouders zijn.

1. vliegtuig is minstens 20 jaar oud.

2. Hij heeft niet geld om de ketting te kopen.

3. Hij zag je op de markt.

4. Hij houdt niet truien.

5. Dat is nog reden om te blijven.



Practice Makes Perfect
Back to Quiz

We also offer a more general Dutch Proficiency Test if you want to test your Dutch language skills.